Bouwen aan groepsgevoel
Uit onderzoek blijkt dat sociale cohesie een belangrijke voorwaarde is voor de gezondheid van de bewoners. Mensen zitten letterlijk en figuurlijk beter in hun vel als ze zich met elkaar verbonden voelen. Er is veel aandacht voor het effect van de openbare ruimte op de fysieke gezondheid. Die wordt bijvoorbeeld verbeterd met autoluwe binnensteden of rookvrije ruimtes. Een minder onderzocht vraagstuk is de invloed van de openbare ruimte op de mentale en sociale gezondheid van bewoners. Dat gebrek aan aandacht wreekt zich. In besluitvormingsprocessen wordt een plein of buurthuis al snel opgeofferd voor meer woningen. Toch begint dat beeld te kantelen. In de Omgevingswet, die in 2024 van kracht werd, wordt het belang van een omgeving die bewoners als prettig ervaren expliciet genoemd. Met die formulering wordt sociale cohesie toegevoegd aan het takenpakket van iedere stakeholder die zich bezighoudt met gebiedsontwikkeling.

Blikveld
Sociale cohesie is de lijm die ons verbindt. De sociale contacten die we hebben, zorgen ervoor dat mensen elkaar steunen en kennen waardoor anonimiteit wordt weggenomen. Het geeft een gevoel van veiligheid. In een buurt waarin mensen elkaar kennen, ga je zonder zorgen naar buiten. De fysieke inrichting kan ontmoetingen en relaties stimuleren of juist bijdragen aan sociale verschraling. Een omgeving met parkjes nodigt niet alleen uit om te wandelen, maar ook om anderen te ontmoeten. Ook volkstuinen of zitplekken aan het water bevorderen spontane ontmoetingen. Veel eentonige hoogbouw heeft een negatieve impact. Hoge gebouwen belemmeren je blikveld, dragen bij aan monotonie en zorgen ervoor dat mensen meer in zichzelf gekeerd zijn. Een muurschildering kan dat al doorbreken en de aantrekkelijkheid al vergroten. Je blijft even staan en kijkt omhoog. Het nodigt uit om je commentaar te delen met een ander. Het wiel hoeft niet altijd opnieuw uitgevonden te worden. Een geslaagd voorbeeld van sociale cohesie is de Delftse of Hollandse stoep. De oorsprong dateert uit de tijd dat er nog met paard en wagen werd bezorgd. Bewoners van huizen pal aan de straat namen een stukje van de straat in bezit. Handig als er spullen moesten worden uitgeladen. Tegenwoordig richten bewoners die ruimte vaak in met bloembakken of bankjes. Het is een verlengstuk van het huis en slaat tegelijkertijd een brug naar de openbare ruimte. Als je buiten zit, heb je meer contact. Je groet elkaar. Dit is iets waar bij de herinrichting naar kan worden gekeken. Kies in plaats van meer parkeerplekken voor de deur voor een bredere stoep, zodat mensen daar een bankje kunnen neerzetten. Het wordt een uitnodigende plek voor een praatje met de buren.
Kapper
Een andere manier waarop een ruimtelijk ontwerp informele ontmoetingen kan bevorderen, is door de aanwezigheid van sociale voorzieningen zoals een buurthuis, speeltuin of sportvoorziening. Ze zijn cruciaal voor het versterken van onderlinge banden. Aantasting van dat sociale weefsel is funest. Als de kapper in een wijk zijn deuren sluit omdat de huur onbetaalbaar is geworden, dan gaat er een plek met een belangrijke sociale functie verloren. Op dit soort plekken horen mensen wat er in de buurt gebeurt. Voor de sociale cohesie is een kapper misschien wel belangrijker dan een parkje. Daarom is het belangrijk om in het ontwerp voor een nieuwe wijk rekening te houden met dergelijke ontmoetingsplekken. De wijk Cartesius in Utrecht is een voorbeeld van een stadswijk waar bij het ontwerp veel aandacht is besteed aan gezonde voeding, ontmoeten, zingeving, ontspannen en bewegen. De inrichting omvat naast drieduizend woningen een groot centraal park, een basisschool, een supermarkt en horeca. Er zijn moestuinen die door bewoners worden aangelegd en onderhouden. In plaats van autobezit wordt er ingezet op deelmobiliteit, openbaar vervoer en wandel- en fietspaden.
Mix van bewoners
Een goede inrichting alleen is niet voldoende. Om een buurt tot leven te brengen, is het ook belangrijk dat er voldoende diversiteit is. Hebben bewoners zin en de mogelijkheid om energie in hun buurt te steken? Wie veel ’s nachts werkt, heeft waarschijnlijk minder tijd om aan buurtactiviteiten deel te nemen. Daarnaast is leeftijd een factor. Ouderen zijn vaak minder mobiel en komen hierdoor minder ver buiten hun directe leefomgeving. Jongere bewoners, zeker met kinderen die in de buurt naar school gaan en sporten, hebben een levensstijl waarmee ze makkelijk aanhaken. De juiste combinatie van bewoners en ruimtelijke inrichting leidt tot spontane initiatieven zoals een rommelmarkt of bewoners die wekelijks gaan wandelen met elkaar. Die mix van bewoners kun je faciliteren door het aanbieden van meerdere woningtypes, zodat mensen in verschillende levensfasen met een grote of kleine portemonnee in dezelfde wijk kunnen wonen.
Een kapper is misschien wel belangrijker dan een parkje
Hoge bomen
Hoe breng je vervolgens die inzichten in praktijk bij het inrichten van een buurt? Het maken van de juiste keuzes om de sociale cohesie in een buurt te verbeteren begint met het in kaart brengen van de actuele situatie op basis van kwantitatieve data. Wie woont er in de wijk? Hoe is het gesteld met de gezondheid van de bewoners en hoe is de sociale cohesie? Hebben veel mensen overgewicht? Hoe ervaren ze de sociale veiligheid? Kijk vervolgens naar de inrichting van de buurt. Het is cruciaal dat de bewoners deel uitmaken van het vervolgproces. Maak bewoners eigenaar van hun wijk. Als je ze een stem geeft bij de herinrichting zorgt dat voor draagvlak. Het neemt wantrouwen weg. Plan bijeenkomsten en vraag ze wat ze de sterke kanten van hun buurt vinden en hoe je die verder kan uitbreiden. Dan kom je erachter of het plan om bijvoorbeeld de bestaande hoogbouw te slopen om de leefbaarheid te verbeteren strookt met de wensen van de bewoners. Misschien denken de bewoners er heel anders over en hebben die juist behoefte aan een coffeecorner op de hoek. Of willen ze dat het bestaande plein toegankelijker wordt. Je kan denken dat je met een paar bankjes en een groenstrook klaar bent. Maar als die bankjes afgeschermd worden door hoge bomen, dan draagt dat niet bij aan sociale veiligheid en zullen mensen er ook geen gebruik van maken voor een ontmoeting. Het hoofdstuk sociale cohesie is niet afgesloten na de herinrichting van een gebied. Je moet de buurt blijven monitoren om te achterhalen of de sociale cohesie ook duurzaam is versterkt. Evalueer regelmatig en bevraag de bewoners via buurtpanels. Hebben bewoners meer contact met elkaar of is er meer nodig voor de gewenste verandering? Hier liggen ook kansen om bewoners te ondersteunen om zelf initiatieven te starten. Woningcorporaties kunnen een cruciale rol in dit proces spelen. Ze kunnen bijvoorbeeld activiteiten of tools aanbieden om bewoners met elkaar in contact te brengen.
Het hoofdstuk sociale cohesie is niet afgesloten na de herinrichting van een gebied
Harde cijfers
Best practices kunnen op hun beurt helpen om de impact van ruimtelijke ingrepen op sociale cohesie beter inzichtelijk te maken. TNO maakt zich hier hard voor. Voor een onderwerp als overgewicht of bewegen is een schat aan metadata voor handen om te toetsen of maatregelen het gewenste effect hebben. Onderzoeken naar sociale cohesie zijn een stuk zeldzamer en minder robuust. Wanneer maatregelen worden onderbouwd met harde cijfers, dan kunnen ze in de toekomst bijvoorbeeld meegenomen worden in tools voor gebiedsontwikkeling zoals een digital twin. Daarin wordt data als input gebruikt om de impact van plannen op de leefomgeving te visualiseren en te simuleren. Op die manier beschik je over een model waarin je kan zien wat de verwachte gezondheidseffecten zijn als je een park opneemt in een ontwerp voor een buurt. Misschien kom je op basis van die informatie tot de conclusie dat er meer nodig is dan een ruimtelijke ingreep en moet er ook een sportcoach komen die groepen buren zowel sociaal als sportief bij elkaar brengt. Op die manier zie je de reikwijdte van een ruimtelijke ingreep.