Het wassende water dirigeren

Hoe kunnen we in de toekomst in Nederland veilig en gezond blijven wonen? Zorgvuldig waterbeheer is daarbij van groot belang. Soms hebben we te veel water en op andere momenten juist te weinig. Dat vraagt om nieuwe, duurzame oplossingen. Een opgave die zowel publieke als private partijen in de ruimtelijke inrichting raakt.

De wereld om ons heen verandert, waardoor een veilige en prettige leefomgeving niet meer overal vanzelfsprekend is. We zien dat de temperatuur op aarde sneller stijgt en weersextremen toenemen met vaker droogte, hittegolven, tropische cyclonen en de opkomst van nieuwe fenomenen zoals de ‘atmosferische rivier’: een rivier die boven in de atmosfeer stroomt en vijftien keer zoveel water bevat als werkelijke rivieren. Wanneer ze landinwaarts over de bergen trekt, volgt hevige regenval. Het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) wijst daarnaast op de indringende gevolgen van het smelten van het poolijs en daarmee het stijgen van de zeespiegel met, in het donkerste scenario, een stijging van 101 centimeter voor het einde van deze eeuw.

Hevige regenval kan desastreuze gevolgen hebben. Tegelijk staat door toenemende droogte en verzilting het aanbod van Nederlands drinkwater onder druk

Ook op landelijk niveau zijn de berichten over water en waterbeheer niet te missen. Denk aan de drie droge zomers van 2018, 2019 en 2020 waarvan de natuur nog steeds aan het bijkomen is. Of de enorme schade die de overstromingen in de zomer van 2021 aanrichtten in Nederland, maar vooral in Duitsland waar zich de dodelijkste natuurramp van de laatste zestig jaar voltrok. Hevige regenval kan desastreuze gevolgen hebben. Tegelijk staan door toenemende droogte, verzilting en verontreiniging de Nederlandse grondwaterbronnen onder druk. Zo komt de invloed van water op ons dagelijks leven ineens heel dichtbij. Het lijkt voor de toekomst een van de meest bepalende factoren voor de inrichting van ons land. Zoals glacioloog en weerman Peter Kuipers Munneke het uitdrukte in NRC: ‘Het is niet de vraag óf half Nederland ooit door de zee verzwolgen wordt, maar wannéér dat gaat gebeuren.’ In het verlengde hiervan zijn de vragen: hoe maken we de laaggelegen woongebieden in onze delta toekomstbestendig? Hoe beschermen we de generaties van vandaag en morgen voor de gevolgen van klimaatverandering? Wie is daarvoor aan zet?

Waterbeheer Bpd Bouwfonds Gebiedsontwikkeling

Wassend water

Slim omgaan met het water dat ons omgeeft: het is een opgave die op zich niet nieuw is. Nederland is ermee bekend. Van oudsher wordt er in ons land gewoond in de directe nabijheid van het water. Met de bouw van terpen en wierden wisten onze voorvaderen al rond 500 v.Chr. een veilige woonomgeving te creëren. Dat werd later gevolgd door de aanleg van dijken en polders. De kosten van deze ingrepen brachten de burgers zelf op: het waterschap zag in 1255 het licht als de eerste bestuurslaag van Nederland. De inmiddels 21 waterschappen zorgen anno 2022 voor waterveiligheid en voldoende schoon water en doen dit veelal in overleg met de provincies waarin zij zijn gelegen. Ook op nationaal beleidsniveau krijgt waterbeheer veel aandacht. De Deltawet uit 1958 regelde de uitvoering van het Deltaplan en de Deltawerken, waarmee Nederland zich wapende tegen nieuwe overstromingen door de Noordzee. Het wonen in het westen van Nederland werd daarmee veiliggesteld. Op vergelijkbare wijze is aandacht ontstaan voor de veiligheid in de gebieden van de grote rivieren die traag door Nederland stromen, maar bij hoog water bedreigend kunnen zijn voor mensen die in de directe nabijheid wonen. Na de extreem hoge waterstanden in 1993 en 1995 (in dat laatste jaar stond acht procent van Limburg onder water) werd duidelijk dat ook de rivieren in betere banen moesten worden geleid. Het veelgeroemde Rijksprogramma Ruimte voor de Rivier, waarbij de afvoer- en bergingscapaciteit van de rivieren zijn vergroot, was hiervan mede het resultaat. De inzet van het Rijk op het gebied van waterveiligheid, zoetwatervoorziening en klimaatadaptatie is vastgelegd in het Deltaprogramma. In de rijksbegroting is hiervoor jaarlijks 1 miljard euro vrijgemaakt. De Deltacommissaris ziet toe op een goede uitvoering van het programma (zie kader). Deze functie werd sinds het begin in 2010 vervuld door Wim Kuijken; in 2019 is hij opgevolgd door Peter Glas.

Hulpacties

De eeuwenlange aandacht van Nederland voor de omgang met water heeft geleid tot een schat aan kennis op dit gebied. Denk aan uitvindingen als de molen, sluis en polder, maar ook de vestingstad, omgeven met water om vijanden buiten te houden. Waterbouwkunde is inmiddels een gerespecteerde universitaire studie en Nederland kent vele instituten en organisaties die zich verdiepen in de relatie tussen water, klimaat en ruimte. Voorbeelden zijn de onafhankelijke onderzoeks- en onderwijsinstituten Deltares, KWR Water Research Institute en Wetsus. De kennis die hier wordt ontwikkeld, wordt zowel in binnenals buitenland volop gebruikt, bijvoorbeeld in door water bedreigde steden als New York. Zelfs koning Willem-Alexander hield zich tot aan zijn inhuldiging bezig met waterbeheer, onder meer als beschermheer van het Global Water Partnership. 

Al deze kennis is geen reden om nu zelfvoldaan achterover te leunen. Integendeel, Nederland staat anno 2022 wederom voor de uitdaging een goede balans te vinden tussen uiteenlopende ruimtelijke vraagstukken. Hoe beperken we de risico’s van overstromingen zoals die van juli 2021 in Limburg? Hoe zorgen we ervoor dat het Groene Hart droog en bewoonbaar blijft? En wat doen we met traditionele landbouwgebieden die door bodemdaling en verdroging onder druk komen te staan? Vraagstukken waarbij tal van economische en maatschappelijke belangen gemoeid zijn en waarbij zich de vraag aandient: welke belangen verdienen voorrang?

Panorama Nederland

Met Panorama Nederland (2018) bracht het College van Rijksadviseurs in beeld hoe Nederland de komende decennia kan veranderen, tegen de achtergrond van de klimaatadaptatie, landbouwhervorming, verstedelijking en energietransitie. Het rapport schetst een overwegend optimistisch toekomstbeeld. Door regionaal en binnenstedelijk ruimte voor water te creëren kunnen we de stedelijke omgeving klimaatbestendig maken en een aantrekkelijke woonomgeving creëren. Mogelijk kunnen we zo zelfs een nieuwe energiebron aanboren, namelijk aquathermie, waarbij door de zon verhit water wordt ingezet als warmtebron voor woningen. Peter van Rooy, directeur van publieke kenniscoöperatie NederlandBovenWater, is minder optimistisch. In een opiniestuk voor dagblad Trouw in juni 2021 liet hij weten dat het opnieuw alle hens aan dek is. Hij concludeert dat de lessen van de overstromingen in de jaren negentig zijn genegeerd: ‘Het waterbewustzijn is flinterdun en in ruimtelijke ordening wordt over het hoofd gezien dat we een delta zijn.’ De enige vooruitgang die Van Rooy signaleert is dat de rivieren meer ruimte hebben gekregen en dat er nieuwe dijkconcepten zijn gerealiseerd. Hoogleraar Jan Rotmans viel Van Rooy bij waar het gaat over de urgentie van een nieuw waterbeheer. Hij liet weten dat een nieuw Deltaplan gewenst is: ‘Nederland heeft een Plan nodig. En een Visie. De hele wereld kijkt naar ons. Hoe gaan wij het wassende water van de zee en de grote rivieren het hoofd bieden? Samen met energie, milieu, landbouw, woningbouw? Nederland staat voor de grootste opgave ooit.’

Waterbeheer Bpd Bouwfonds Gebiedsontwikkeling

Het water omarmen

Rotmans zegt dat we niet meer tegen het water moeten vechten, maar het water juist moeten toelaten. Hij wijst daarbij op de aanpak van KuiperCompagnons, het stedenbouwkundige bureau dat midden jaren negentig al een plan maakte voor een compleet nieuwe kustlocatie bij Den Haag. Ook lanceerde Rotmans alvast een eigen plan voor de delta van ons land, waarin Nederland een heel ander aanzicht krijgt en verdeeld wordt in drie gebieden: Duinstad, Blauwe Hart en Kantstad. Duinstad bestaat uit de verhoogde westkust met een waddenachtige structuur en waar in hoge dichtheden wordt gewoond. Achter de duinen ligt het Blauwe Hart waar gewoond wordt óp het water, met omdijkte historische steden en drijvende wijken. Kantstad ten slotte, bestaat uit de hoger gelegen gebieden van Nederland waar we kleinschaliger gaan wonen, in gemeenschappen met gelijkgestemden. Mensen vinden hier rust, ruimte en betaalbare woningen.

Kwetsbare plekken

De sturende rol van het water bij de ruimtelijke inrichting is ook iets waarvoor Deltacommissaris Peter Glas zich hard maakt. Hij bracht in september en december 2021 twee briefadviezen uit die als opmaat gezien kunnen worden voor een brede discussie over het toekomstige waterbeheer in relatie tot de ruimtelijke inrichting van Nederland. Glas stelt hierin dat de woningbouw vaak gepland wordt op kwetsbare plekken. Deze conclusie wordt onderschreven door de onderzoekers van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). Zij onderzochten in opdracht van de toenmalige minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties waar de planning van nieuwe woon- en werkgebieden tot spanningen leidt. Vooral in het westen van Nederland wordt een grote claim gelegd op kwetsbare gebieden zoals het Groene Hart. Volgens het PBL moet in de uitvoering van de Nationale Omgevingsvisie het belang van water en bodem veel zwaarder worden meegewogen en -genomen in de planontwikkeling voor nieuwe en bestaande gebieden. ‘We gaan van Nederland naar Boven-water’, aldus Rotmans in zijn nieuwe publicatie Omarm de chaos.

Samen aan zet

De boodschap van de wetenschappers en de Deltacommissaris is duidelijk: wacht niet af tot de volgende watersnood, maar kom nu in actie. Til het waterbeheer naar een hoger niveau en wees kritischer bij toekomstige gebiedsontwikkelingen. Het huidige kabinet heeft de boodschap in ieder geval begrepen en geeft in het regeerakkoord veel aandacht aan de noodzaak van klimaatadaptatie. Het Rijk gaat, als het aan de coalitie ligt, inzetten op drie speerpunten. 1. Waterveiligheid: Extra investeringen in het Deltafonds om achterstanden weg te werken en de uitvoering van het Nationale Deltaprogramma te versnellen. Tot 2050 moet nog zeker 1.300 van de 3.700 km aan ‘primaire’ waterkeringen in Nederland worden versterkt. 2. Toekomstbestendigheid: De partijen willen toewerken naar vernieuwde deltabeslissingen voor een waterveilig land met voldoende zoetwater en een toekomstbestendige inrichting: ‘Water en bodem worden sturend bij ruimtelijke planvorming. De watertoets krijgt een dwingender karakter en de waterschappen moeten eerder in het proces meedenken over waar het beste kan worden gebouwd. Een aantal waterschappen anticipeerde de afgelopen tijd al op deze ontwikkeling met het uitbrengen van zogenaamde ‘Blauwe Omgevingsvisies’: langetermijnvisies voor een duurzame en waterintensieve leefomgeving. Deze kunnen mede de basis vormen voor nieuwe gebiedsontwikkelingen. 3. Klimaatadaptie: Het derde klimaat-aandachtspunt in het Regeerakkoord vormt de hittestress die vooral in stedelijke gebieden bij kwetsbare mensen slachtoffers eist: ‘Om dit tegen te gaan, bevorderen we het toevoegen van meer groen, water en lichte oppervlakten in dichtbebouwd gebied. Dit leidt tot meer schaduw, verdamping en reflectie.

Wacht niet af tot de volgende watersnood, maar kom nu in actie en til het waterbeheer naar een hoger niveau

Direct meenemen

Waar het Rijk bij de waterkeringen en waterveiligheid vooral zelf aan zet is, liggen er bij de twee andere punten kansen voor samenwerking met andere overheden en private partijen. De toekomst ligt in een aanpak waarbij waterbeheer vanaf het eerste moment wordt meegenomen in de planontwikkeling en verschillende belangen (economie, wonen, natuur) op elkaar worden afgestemd. Het is een manier van werken die het water zeker niet (alleen) als bedreigend ziet maar ook als kansrijk. Mensen leven nu eenmaal graag in de buurt van water en daar kunnen ontwikkelaars en ontwerpers op inspelen. Een voorbeeld van het creatief bouwen langs ‘nieuw’ water is de ontwikkeling van het dorp Reeve, vlak bij Kampen. Hier is het plan IJsseldelta-Zuid ontwikkeld door het Rijk, de provincies Overijssel en Flevoland, de gemeenten Kampen en Dronten, Rijkswaterstaat en drie waterschappen. De aanleg van een nieuwe rivierarm en bijbehorende klimaatdijk gaan samen met woningbouw en waterrecreatie. Deze manier van gebiedsontwikkeling laat zien dat uiteenlopende ruimteclaims succesvol kunnen worden samengebracht, mits dat op het goede moment gebeurt en de betrokken partijen in een vroeg stadium de samenwerking opzoeken.

Over het Deltaprogramma

In 2021 heeft de Rijksoverheid het Deltaplan 2015 herijkt op basis van nieuwe inzichten in de zeespiegelstijging en ervaringen met droogte. Op de volgende pagina’s staan enkele maatregelen om Nederland waterveilig en klimaatadaptief te maken, met voldoende zoetwater. Belangrijk onderdeel is het Hoogwaterbeschermingsprogramma: 21 waterschappen werken samen met Rijkswaterstaat aan kennisontwikkeling en innovatie, en de versterking van bijna 1.300 kilometer dijk en 500 sluizen en gemalen. In 2050 moeten alle primaire waterkeringen aan het basisbeschermingsniveau voldoen: voor mensen die achter een dijk wonen is de kans op overlijden door een overstroming dan nihil: 1 op 100.000 per jaar (0,001%).

Meer info over Deltaprogramma

BPD Magazine ontvangen?

Dit artikel verscheen in BPD Magazine. De volgende editie kosteloos op uw deurmat ontvangen?